De tussenwervelschijf



De tussenwervelschijf of discus bestaat uit een ronde kern (de nucleus) met daaromheen een aantal ringen de annulus fibrosis. De tussenwervelschijf zit zoals de naam zegt tussen de wervels en zorgt ervoor dat de wervelkolom beweeglijk is en daarnaast heeft het ook een schok dempende werking. De ringen rond de nucleus zorgen er normaal gesproken voor dat de kern in het midden van de tussenwervelschijf blijft zitten. Door deze positie van de nucleus kunnen de wervels makkelijk bewegen tov van elkaar Vergelijk het maar met een bal tussen twee plankjes. Wanneer we voorover buigen zullen de voorkant van de wervels naar elkaar toe komen en aan de achterkant gaan ze open staan. De nucleus zal dan naar achteren willen schuiven. Echter wanneer de wervels aan de achterkant open gaan staan worden tegelijk de annulus fibrosis aan de achterkant opgespannen. Deze geven dan tegendruk aan de nucleus zodat die toch zoveel mogelijk op zijn plaats blijft zitten. Echter als we dat veel doen, bijv als we een hele tijd in de tuin hebben gewerkt, dan zal het daarna moeilijk zijn om weer rechtop te komen staan. Dit komt dan omdat de nucleus ver naar achteren is verplaatst waardoor het moeilijk is om de wervels weer op elkaar te krijgen. Na wat heen en weer bewegen lukt dat dan meestal wel weer. Het kan natuurlijk voorkomen dat er teveel kracht op de annulus fibrosis komt waardoor deze gaat uitlubberen danwel gaat scheuren. De discus kan dan niet meer goed op zijn plaats gehouden worden en dan ontstaan er vaak rugklachten. In het ergste geval ontstaat er dan een hernia. De officiële benaming is hernia nucleus pulposes. Oftewel hernia is scheur en pulposes is uitpuilen. De kern van de tussenwervelschijf puilt uit door een scheur in de annulus fibrosis. Als we een tussenwervelschijf bekijken bij baby’s dan is dat bijna water terwijl dit bij 80 jarige meer op een bruine pasta lijkt. Bij het ouder worden is de substantie van het weefsel anders. Hierdoor zijn er minder suikers aanwezig in de tussenwervel. Deze suikers hebben het vermogen om vocht aan te trekken. Bij zware belasting is er veel druk op de wervels aanwezig. Let op dit is bij zitten vele malen hoger als bij staan en bij liggen is de druk het laagst. Overdag wordt er dus door de druk water uit de tussenwervelschijf geperst en als we ’s-nachts slapen wordt er door de suikers weer vocht aangetrokken en is de discus weer dikker. ‘s-morgens zijn we ook langer dan ’s-avonds en dat kan wel tot 3 cm schelen. Vandaar dat we ’s-morgens ook veel stijver zijn want onze spieren zijn dan relatief korter tov onze lengte. Tegelijk weten we dan ook dat oudere mensen krimpen. De tussenwervelschijven nemen minder vocht op en worden dan smaller. De volgende keer zal ik verder ingaan op de consequenties die dat heeft.

crossmenu